Kerkgroei dichtbij
Kortgeleden was ik te gast bij een jubileum van zeven evangelische gemeenten. Dertig jaar geleden begonnen ze. Uit dat kleine begin ontstonden dochtergemeenten. Van 25 kerkbezoekers groeiden deze gemeenten (in het zogeheten Rivierenland) naar bijna 1100 nu (op een gewone zondag). Een opmerkelijk aantal van de nieuwe leden heeft een buiten- of randkerkelijke afkomst.
Als spreker word ik geregeld bij deze gemeenten uitgenodigd, dus ik ken ze behoorlijk goed. Ik realiseerde me tijdens het jubileum dat ik getuige was van iets wat zeldzaam is in ons land. Kerkgroei. Spectaculaire groei zelfs...
Deze gemeenten (behorende tot de Federatie van Vrije Evangelische Gemeenten, een klein genootschap) zijn niet extra modern of vernieuwend, noch treden ze erg op de voorgrond. Het zijn eerder stille krachten. Ik vroeg me af wat het geheim van hun groei is, temidden van zoveel kerkelijke achteruitgang. Blijkbaar is het mogelijk om zonder veel spektakel mensen aan te trekken.
Een deel van de groei vond plaats in gebieden met behoudende hervormde gemeenten, die als van ouds een hele rand vrijwel geseculariseerde ‘leden’ hebben. Vaak vind je in die kringen nog een vaag restant van een piëtistisch geloof, een soort volkstheologie, niet gevoed door de kerk. Is daar een soort ‘heimwee’ te vinden naar een minder wettische vorm van geloofsbeleving?
Verder trekken deze gemeenten veel geseculariseerde jonge gezinnen aan. Het is een nog te weinig onderkend fenomeen, dat mensen, zodra ze kinderen hebben, zoeken naar een houvast voor zichzelf en hun gezin. Daarbij trekken jonge gemeenten jonge mensen aan. (Natuurlijk gaat er weinig aantrekkingskracht op jongeren uit van een verouderde gemeente.)
Een gemeente met een duidelijke en herkenbare boodschap, prettige zang en muziek en veel gezelligheid doet het blijkbaar goed. De gematigd vrijzinnige boodschap van veel traditionele gemeenten, met een formele, statische liturgie, lijkt veel minder aantrekkelijk voor een breed publiek. Blijkbaar speelt dit verschil ook mee in het ontstaan van een nieuwe loot aan de Vrije Evangelische Gemeenten. De ‘Federatie’ werd gevormd door de nieuwe gemeenten en oudere gemeenten die zich in de ‘Bond van Vrije Evangelische Gemeenten’ niet meer konden vinden. Juist deze theologische en liturgische verschillen spelen hierbij een grote rol.
Traditioneel in de leer en modern in de liturgie – een eenvoudige formule voor een gemeente die wil groeien.
Bram Krol
Bron: Gezamelijk Kerkblad April 2012