Columns van Bram Krol

De visser en zijn internet

Websites van kerken zijn knullig, constateerde kortgeleden een onderzoeker van de IKON. Ze zijn rommelig, weinig informatief, formeel, niet uitnodigend, niet getuigend... Soms is het zelfs niet mogelijk uit te vinden wie er preekt. Snel contact? Vergeet het maar. Veel sites zijn eerder bedoeld om predikant en kerkenraad te vrijwaren van nog meer drukte dan om te communiceren. Ze zijn meer een algemeen excuus (“Wij gaan ook met onze tijd mee”) dan een middel tot communicatie (“Wij zijn er voor jou”).

Van een snelle afwerking van emailberichten is zelden sprake. Dat zou toch een eerste vereiste moeten zijn: binnen 24 uur bericht terug, liefst sneller. Wil je mensen enthousiast maken, dan moet je op hun vragen ingaan op het moment dat ze die hebben, niet een week - of zelfs weken - later. Je kunt iemand die aan- of opbelt toch ook niet uren laten wachten?

Maar het belangrijkste is het gebrek aan attractiviteit. De kerk kan heel wat van de middenstand leren. Die schreeuwt haar aanbiedingen de wereld in. ‘Deze kans mag je niet laten schieten!’ En de kerk? “Schreeuw het van de daken,” (Mt. 10:27 NBV) gebiedt Jezus. Maar hallo... Niks geen geschreeuw. Onverstaanbaar gemompel – en dat zijn nog de besten. Hoeveel zin heeft een bezoeker op de site van een kerk om de Bijbel te gaan lezen, de kerk te bezoeken en/of Christen te worden?

Wat is de koopwaar van de kerk? Wat heeft ze aan te bieden? Waarom zou iemand de volgende samenkomst niet willen missen? Welk existentieel thema wil je absoluut beluisteren? Een kerkelijke site is er niet slechts om statische informatie door te geven. Ze wil ongelovigen aanspreken, getuigenissen doorgeven, discussies aanzwengelen, vragen oproepen, honger opwekken, twijfelaars over de streep trekken en gelovigen een hart onder de riem steken. Ze heeft een boodschap, is daarvan ten stelligste overtuigd en kan het niet hebben dat er ergens één mens in het dorp of de stad zou rondlopen die deze nog niet heeft gehoord. Althans, zo zou het moeten zijn.

Moet een kerk zich vermeien in knulligheid? Op veel kerkenraadsagenda’s komt de eigen website zelfs niet aan de orde. Een gevolg van de hoge leeftijd van veel raadsleden? Of denkt de kerk dat de echte communicatie slechts binnen de kerkmuren plaats vindt? Heeft ze dan oogkleppen op? Lukt het haar niet meer om met de wereld te communiceren?

Hoeveel hoop biedt een site? Hoeveel uitdaging? Hoeveel persoonlijke communicatie? Waaruit kun je opmaken dat je te maken hebt met hedendaagse vrienden van de levende Christus, die elke dag nieuwe avonturen met Hem beleven? Zij hebben iets te vertellen. “Als iemand spreekt, dan als iemand die de woorden van God spreekt,” zegt Petrus tegen ons. Dat zoek je op de meeste sites tevergeefs. Het enige wat je veelal kunt vinden, zijn de openingsuren van de kerk en de bankrekening.

“Hier mot je weze...” roept de marktkoopman. Zou hij geen site voor de kerk kunnen maken? Hij snapt het tenminste.

Bram Krol