DOE TOCH LEKKER MEE !

Hoe sluipt de zonde bij ons binnen? Meestal met een valse belofte. Iets zou heel belangrijk zijn, lekker of spannend. Dat mag je toch niet missen? “Je zult als God zijn,” zei de duivel bij de zondeval. Dat leek de mensen wel leuk, en dat appeltje was ook nog gezond. “Doe toch een beetje gezellig,” krijgt de niet-drinker te horen. “Het is zo lekker, en je wordt er ook nog rustig van,” zegt de roker tegen de jonge tiener. En als dat niet helpt, volgt de nekslag: “Ze doen het allemaal.” Als je ergens bij wilt horen, is dat toch bij ‘ze’? En daar dient het volgende willoze slachtoffer zich aan...

“Slechte mensen en oplichters zullen van kwaad tot erger vervallen; het zijn bedriegers die zelf bedrogen worden.” (2 Timotheüs 3:13) Daar heb je het mechanisme van het kwaad. De zondaar kalmeert zijn geweten, door anderen in het kwaad te betrekken. Daarna concludeert hij: ‘Iedereen doet het, dus is het niet zo erg.’ De grote propagandisten van het kwaad zijn haar eigen slachtoffers. Zij zijn een soort drugsdealers van de boze. In een cultuur in verval, zoals de onze, worden juist de politieke en geestelijke leiders, die de goede weg moeten wijzen, woordvoerders van het kwaad. Dat komen we tegen in Jesaja 3:12: “... Jullie leiders zijn verleiders, zij brengen jullie op een dwaalspoor.” Micha 3:5 heeft het over “profeten die mijn volk misleiden, die over vrede praten zolang ze maar iets te eten krijgen...” Ook vandaag komen we zulke ‘broodprofeten’ tegen; sommige predikanten zijn religieuze functionarissen, niet geïnteresseerd in de waarheid.

“Mijn zoon, als zondaars proberen je in te palmen, geef er niet aan toe.” (Spreuken 1:10) Dat is de beste manier om de verleiding te boven te komen. Let niet op de valse belofte, want dan kun je meegesleept worden in het kwade. Keer de misleider de rug toe. Let niet op de toegezegde geneugten, maar kijk naar de persoon die je probeert over te halen. Hij belooft je misschien wel een grenzeloos geluk, maar wat is daarvan in zijn eigen leven te merken?

Hoe worden we door de mensen (en de boze) beduveld, met de bedoeling ons mee te sleuren in het kwaad?

1. Ze spelen in op onze behoefte over anderen en de omstandigheden te heersen. Tijdens de verzoeking van Jezus laat de duivel Hem “alle koninkrijken van de wereld zien in hun pracht en zei: dit alles zal ik U geven als u voor mij neervalt en mij aanbidt.”(Matteüs 4:8,9) Mensen willen boven de onzekerheden uitstijgen. Ze willen wereldbeheersers worden, maar het wordt hun ondergang. Jezus hield stand.

2. De mens is nieuwsgierig naar het onbekende. Zo vallen velen in de kuil van het occultisme. God waarschuwt zijn volk voordat ze Kanaän binnentrekken: “Zorg er dan voor dat die volken... niet alsnog uw ondergang worden. Wees niet nieuwsgierig naar hun goden en vraag u  niet af: Hoe hebben die volken hun goden vereerd...” (Deuteronomium 12:30) Dat onbekende leek Saul de enige weg die nog voor hem open stond. Hij besloot om een dodenbezweerster om raad te vragen. Hij zat zo vreselijk in de rats, en was bang zowel het koningschap als zijn leven te verliezen. Dan zegt hij: “... Daar wil ik naartoe gaan om antwoord te vinden op mijn vragen...” (1 Samuël 28:7) Het werd zijn ondergang.

3. Mensen willen met de grote groep meedoen. Hiertegen waarschuwt Psalm 1: “Gelukkig de mens die niet meegaat met wie kwaad doen, die de weg van de zondaars niet betreedt, bij spotters niet aan tafel zit.” Zo zullen we het geluk echt niet vinden. Door hun kwaad, moraal en spotternij was het al duidelijk wat er daar te halen viel, althans, voor wie durft op te letten.

4. Het is zo lekker, leuk of fijn... Dat is misschien wel de meest voorkomende leugen van de satan. Die is ook binnengeslopen in onze westerse maatschappij. “Het is zo lekker...” beschouwen velen als een rechtvaardiging van het kwaad. Gebrek aan moreel inzicht brengt zowel vreters als dieven voort, zowel rokers als drugs- en sexverslaafden. Het mensonterende materialisme stoelt erop. Wie gelooft, prikt er doorheen. Lekker is nog niet ‘waar’, en geen goede reden om iets doen. De kennis van God moet over ons waken tegen de “lichtzinnige vrouw. Van haar lippen komen gladde praatjes, haar mond spreekt honingzoete woorden, maar uiteindelijk zijn ze als gif zo bitter...” (Spreuken 5:4,5)

Zonde, gemenigheid, immoraliteit enzovoorts, is meer dan een poging om een beetje gelukkiger te worden. Er zit iets anders achter. Achter de sexuele ‘vrijheid’ zit een kwade opzet, die velen ontgaat: “Ze wil dat je de weg die naar het leven leidt niet inslaat, haar valse sporen volg je zonder dat je het beseft.” (Spreuken 5:6) Dat is het resultaat van alle zonde. “Het loon van de zonde is de dood...” (Romeinen 6:23)

Die zoetgevooisde stem klinkt op elke hoek van de straat en in elk huis. “Wees sterk, leer geheimen kennen, wees populair, en het is nog lekker ook.” Trap er niet in. Niemand zwelgt zich gelukkig. Het is een leugen.

En wat is de remedie tegen leugen? De Waarheid. Jezus! Wie niet in de duisternis wil verdwalen, moet in het licht leven. “Maar gaan we onze weg in het licht, zoals Hijzelf in het licht is, dan zijn we met elkaar verbonden en reinigt het bloed van Jezus... ons van alle zonde.” (1 Johannes 1:6)

Vragen:

1. Wie probeert de hele wereld te misleiden? (Lees Openbaring 12:9)

2. Welke andere verleidingen dan die ik al noemde laat de satan op Jezus los in Matteüs 4:1-11?

3. Staan wij machteloos tegenover de listen van de boze? (1 Korintiërs 10:13)

Bram Krol
Bron: Uitdaging November 2012