DIALOOG

              

                              Leven met een positieve en open geest                         02-02-‘25/01-03-‘25

 

Inleiding

Nieuw

Graag wil ik je enthousiast maken voor iets nieuws. Je zult er enorm veel profijt van hebben. Je gaat nieuwe vrienden winnen en onbegrepen situaties doorgronden. Je groeit uit tot een vraagbaak, je neemt toe in wijsheid en velen zullen je zien als iemand met een gedegen mening. Je kunt een vertrouwenspersoon worden en een adviseur die vrede kan bewerken en die oplossingen kan vinden voor grote persoonlijke en maatschappelijke problemen.  

Ben je bereid het gesprek aan te gaan met anderen? Niet alleen met vrienden of collega’s, maar juist ook met andersdenkenden? Zelden komt het tot een goed gesprek met hen. Maar: Onbekend maakt onbemind. Als je elkaar niet kent, ontstaat er wantrouwen. Dat is een voedingsbodem voor conflicten en misverstanden. De remedie? Een open gesprek! Maar hoe moet dat?

 

Dialoog

Een open gesprek met andersdenkenden, waarin je geen andere doelen stelt dan dat je elkaar wilt begrijpen, is een dialoog. Dat gesprek is open, omdat je geen andere doelen nastreeft dan de ander te leren kennen. Je hebt geen ‘dubbele agenda’. Je wilt niet iets verkopen, verkondigen of voor elkaar krijgen. In een dialoog gaat het er niet om de ander te overtuigen. Je wilt weten wat hem drijft, wat hij ervaart en wat hem voor ogen staat.

Je moet de grenzen van een dialoog goed begrijpen. Een dialoog brengt geen ‘waarheden’ en nauwelijks oplossingen, maar laat alleen zien wat de ander beweegt. Op die manier besef je hoe hij tot zijn mening komt, welke sterke en zwakke kanten hij toont en je ontwaart meteen ook zwakten en sterkten bij jezelf. Toch kom je nader tot elkaar, doordat je elkaar beter gaat begrijpen. Dat er na de dialoog ook ruimte moet komen om te achterhalen wat ‘waar’ is en hoe je moet handelen, welke principes je moet volgen e.d., is duidelijk. Maar overhaast jezelf niet. Haastige besluiten zijn snelle mislukkingen. Een dialoog is geen eindpunt, maar een middel om de reis naar het doel te vergemakkelijken.  

 

Wat dat voor jou betekent

Wat je aan een dialoog hebt? Het toont alles waar we voor staan in een ander perspectief. We willen altijd iets bereiken, verkopen, beweren en dergelijke. We hebben nauwelijks tijd voor bezinning. Juist dan is een open gesprek een medicijn. Dat brengt rust omdat we even niets ‘moeten’. Weg met de pressie! Die werkt frustrerend en brengt onrust. Veel mensen zijn voor zichzelf op de vlucht. Ze hopen en denken dat ze, als ze gelijk krijgen of succes hebben, wel van hun onrust bevrijd zullen worden, maar dat is niet zo. Die onrust zit van binnen. Er komt alleen rust door open en eerlijk onze diepste vragen te overdenken. En er is nog iets!

Wanneer we het niet kunnen hebben wanneer anderen anders denken dan wij, lopen we het gevaar dat we hen als vijanden gaan zien die we moeten verslaan. Dat legt een grote druk op ons. Er is altijd wel iets dat we willen rechtzetten. We gaan voortdurend met anderen in discussie. De neiging om steeds maar anderen aan te vallen of zelfs als vijanden te beschouwen, levert een enorme onrust op.

Iemand met een heel sterke mening kan soms alleen komen te staan. Hij is voor anderen soms onuitstaanbaar. Dan gebeurt er iets wat je eigenlijk niet wilt. Je verliest gemakkelijk vrienden, buiten dan degenen die het helemaal met je eens zijn.

In een open gesprek ontmoeten we onszelf. Anderen fungeren als onze spiegel. Dat helpt ons om een reële kijk op onszelf te ontwikkelen. Soms is dat proces pijnlijk en velen zijn daar een beetje bang voor. Maar de resultaten mogen er zijn! Zelfkennis levert waardevolle inzichten op waardoor we evenwichtiger en sterker in het leven komen te staan. Het helpt ons ook om onze verwachtingen en doelen op een realistische manier bij te stellen en bij het verkrijgen van een betere kennis van de wereld waarin we leven.

Zolang we een open confrontatie met anderen niet aankunnen, zijn we onzeker en bang. Willen we ooit evenwichtig en zeker in het leven staan, dan is het vermogen om vriendschappelijk met mensen met een andere visie om te gaan een ‘must’. Velen proberen door hard en veel praten hun eigen onzekerheid te verbergen. Zelfs als ze erin slagen om anderen te overtuigen, komen ze er zelf niet verder mee.

 

Maatschappelijke waarde

Vrede. Dat hebben we nodig. De hele maatschappij profiteert daarvan. Spanningen en wantrouwen leggen haar voor een deel lam. Niemand voelt zich daar prettig bij. Haat, boosheid en wantrouwen zijn geen bouwstenen voor de samenleving. Het gesprek dat we met ‘de ander’ aangaan kan grote gevolgen hebben, niet alleen voor onszelf.

Ergens moeten toenadering en begrip beginnen. Misschien wel met jou. Dat vergt moed en inzicht. Bedenk daarbij dat je het niet alleen maar voor jezelf doet! Anderen zullen daar ook van profiteren.

We denken bij andersdenkenden dikwijls aan godsdienstige verschillen. Er zijn mensen met een animistische achtergrond, atheïsten, Christenen, Moslims, Hindoes en Boeddhisten en allerlei andere stromingen. Ook politieke verschillen kunnen mensen van elkaar vervreemden en dat gebeurt ook door etnische verschillen. Er zijn tal van andere manieren waarop mensen uit elkaar groeien. Er kunnen spanningen ontstaan tussen jongeren en ouderen of dorpelingen en stedelingen. In al die gevallen is een open gesprek heilzaam.

 

Avontuur

Een dialoog is een avontuur. Je moet leren jouw mening even voor jezelf te houden door je te houden aan de restricties die ervoor gelden. Het is een grote zelfoverwinning als dat lukt. Hoe dat moet? Dit boekje zal je de weg wijzen.

Een dialoog is niet iets om over te lezen, maar om te doen. Wel heb je enkele richtlijnen nodig voordat je eraan begint omdat we er niet mee vertrouwd zijn. Je moet de regels kennen om er profijt van te hebben. Doe het meteen goed!

Je gaat door een dialoog zien wat je niet eerder zag. Je bouwt een sterkere zelfkennis op, wat je zekerder maakt. Daar zul je snel de vruchten van gaan plukken.

 

 

 

 Hoofdstuk 1                      Een open gesprek

 

Open en uitnodigend

In een open gesprek voelen de gesprekspartners zich vrij om zich te uiten zonder de opinie van de ander aan te vallen. Dat is heel anders dan een debat. Een debat zoekt de confrontatie en ontaardt gemakkelijk in een twistgesprek.

 

In een open gesprek spreekt ieder namens zichzelf, niet namens een groep, religie of partij. Dat geeft hem de vrijheid om vrijuit te spreken. Hij kan bijvoorbeeld zeggen dat hij bepaalde zaken onprettig of moeilijk vindt, ook al zijn die geaccepteerd in zijn eigen groep. Hij kan met onverwachte punten op de proppen komen. Niemand vertegenwoordigt of verkondigt louter het partijprogramma of de ideeën van zijn achterban. In een debat ligt dat anders. Dan wordt van de debaters verwacht dat ze zich aan de groepsethos houden.

 

Openheid vraagt om belangstelling voor elkaar en het vermogen zich in te leven in anderen. Dat is een hele kunst en het vergt tijd om dat te leren. De ander is niet slechts de vertegenwoordiger van een mening. Hij is ook mens, net als jij, en ook hij wil rustig en prettig leven.

 

Wat is een dialoog?

Een dialoog is meestal een gesprek tussen mensen met verschillende opinies. Toch is het ook mogelijk deze gespreksregels toe te passen binnen de eigen groep. Ook onder gelijkgezinden kunnen zich meningsverschillen voordoen en ook dan brengt de dialoog hen tot zelfreflectie en een beter verstaan van elkaar. Dat is de eerste stap naar een oplossing voor de gerezen verschillen. In elke groep ontstaan geregeld subgroepen en afwijkende meningen, die echter niet tot verwijdering hoeven te leiden.

Wat streef je na in een dialoog? Vooral twee zaken. Ten eerste wil je begrijpen wat de ander bezielt, wat hij meemaakt en wat hij nastreeft. Ten tweede wil je jezelf spiegelen aan zijn ervaringen. Dat levert begrip voor elkaar op en dat bevordert de onderlinge vrede.

 

Verschillende soorten dialoog

Sommige gesprekken vinden in beslotenheid plaats. Dat zijn de gesprekken die we uit persoonlijke interesse voeren. Over een besloten gesprek hoef je geen verantwoording af te leggen. De gesprekspartners vertegenwoordigen dan niemand.

Soms zijn dialogen minder open. Dat kan bijvoorbeeld doordat er opnamen van gemaakt worden of dat er aan het slot van de dialoog een gezamenlijke slotverklaring komt bestemd voor een breder publiek.

Ook verkennende gesprekken tussen partijen in de vorm van een dialoog zijn besloten van aard, alleen dan moeten de deelnemers later wel rekenschap geven van wat er besproken is. De bedoeling daarvan is om nader tot elkaar te komen.

De meest opvallende vorm van dialoog – maar meteen ook de moeilijkste –  is bestemd voor een groot publiek, bijvoorbeeld voor de t.v. In dat geval worden weliswaar de regels van een dialoog benut, maar de deelnemers aan het gesprek zijn dan veel minder vrij om persoonlijke gevoelens te uiten, zeker als die slecht vallen binnen hun eigen groep. Toch kan ook deze vorm waardevol zijn, bijvoorbeeld wanneer er gezocht wordt naar toenadering.

 

Wat wil je bereiken?

Het is zaak dat de deelnemers aan een dialoog het vanaf het begin eens zijn over de te volgen procedure. Dat betekent onder andere: De wens elkaar beter te begrijpen, respect voor de ander, eerlijkheid, de ander laten uitpraten, geen confronterend debat aangaan en het zoeken naar manieren om vreedzaam met elkaar te leven.

 

Wie koste wat het kost gelijk wil krijgen, is niet geschikt voor een dialoog. Er zijn nog andere waarden in het leven die we dienen te eerbiedigen. Ben je in staat anderen ruimte te bieden en respect te tonen? Zelfs als je het op geen enkel punt met elkaar eens bent, kun je altijd nog praten over een gedragscode die het mogelijk moet maken om samen vreedzaam te leven.

De andere partij kennen we vaak nauwelijks. Groepen hebben de neiging zichzelf voor andere meningen af te sluiten. Pas wanneer we andermans motieven en opvattingen goed verstaan, heeft de dialoog ons verder geholpen. Als de ander voor ons een onbegrepen onbekende blijft, is het gesprek nog niet tot zijn doel gekomen.

Een dialoog biedt geen definitieve oplossingen. Daarvoor is debat en overleg nodig. De dialoog is als het ploegen van de grond. Het is een voorbereidend werk. Toch vind je iets waardevols: respect, begrip en een vreedzaam omgaan met elkaar.

 

Hoe te beginnen?

Een dialoog biedt geen oplossingen. Daarvoor is debat en overleg nodig. De dialoog is als het ploegen van de grond. Het is een voorbereidend werk. Toch kan er een aanvankelijk resultaat uit een dialoog voortkomen: respect, begrip en het zoeken naar een vreedzaam omgaan met elkaar.

Zoek mensen uit die verschillende meningen vertegenwoordigen. Pas de principes toe uit dit boekje en vergewis je ervan dat de gespeksdeelnemers erachter staan. Wie de spelregels voor een dialoog niet kent of eerbiedigt, is er niet geschikt voor.

Vooraf aan een dialoog is intensief overleg nodig. Je kunt er niet abrupt mee beginnen. De deelnemers moeten weten wat er van hen verwacht wordt. Dikwijls komen ze uit groepen die niet uitblinken in open gesprekken. Het maken van afspraken en het doornemen van de spelregels vergt tijd. Leg vast wie er deelnemen, waar, hoe lang en onder wiens leiding. Spreek ook af of er tijdens of na de dialoog over bericht wordt of niet.

 

Wie kunnen meedoen?

Deelnemers aan een dialoog moeten de mening van hun eigen achterban vertegenwoordigen. Als ze in eigen kring al wat aan de kant staan of  afwijkende ideeën hebben, zijn zij niet de juiste personen. Dan kan een gesprek zelfs in een negatief daglicht komen te staan. Mensen die nogal ‘losse’ of juist overtrokken meningen hebben, komen niet in aanmerking, althans niet voor een dialoog waar ruchtbaarheid aan wordt gegeven. (Voor een dialoog in besloten kring kan natuurlijk iedereen worden uitgenodigd; dat gaat alleen de betrokkenen iets aan.)

Heb je de juiste personen gevonden voor een open gesprek, breng hen dan bijeen. Je kunt om te beginnen volstaan met twee personen. Heb je meer deelnemers, dan kun je hen opdelen in groepjes van twee. Wil je een dialogisch groepsgesprek? Dat is erg gecompliceerd, maar het kan, mits je de groep niet uit meer dan acht personen laat bestaan. Een nog grotere groep is nauwelijks meer te sturen en je riskeert ook dat sommigen nauwelijks aan het woord komen.

 

Vragen stellen

Bij een open gesprek horen open vragen. Dat zijn vragen waarop meerdere antwoorden mogelijk zijn en zonder een waardeoordeel. ”Hoe zie jij dat?” “Hoe doe je dat?” “Hoe beleef je dat?” Het tegenovergestelde daarvan is een gesloten vraag, waarop slechts één antwoord bestaat, vaak ‘ja’ of ‘nee’. Sturende vragen zijn een speciaal geval van gesloten vragen. (Eigenlijk zijn het zelfs geen vragen.) Daarin geeft de vraagsteller zelf al een antwoord, zoals: “Je bent het vast wel met me eens dat…”

En goede vraag nodigt de ander uit tot een antwoord, maar niemand hoeft een standpunt te verdedigen en niemand wordt aangevallen. Ieder kan zich onbelemmerd uiten. Als je wilt weten wat iemand meent, voelt of bezielt, dan moet je op die manier te werk gaan. Voorbeelden van open vragen zijn:

Hoe zie je dat?

Wat streef je na?

Hoe beleef je dat?

Welke idealen heb je voor onze maatschappij?

 

Het tegendeel van open vragen zijn gesloten vragen. Daar is nauwelijks een inhoudelijk antwoord op mogelijk. Dat legt een echt gesprek min of meer lam. Sturende vragen, vaak toegepast in een debat, zijn een vorm van gesloten vragen, zoals: U bent het zeker wel met me eens, dat…? Bent u wel goed snik? Ziet u niet, dat uw redenering niet klopt? Kunt u dit echt verantwoorden?

Het is duidelijk welke vragen wel en welke niet passen in een dialoog.

 

De opbrengst van een open gesprek

Wat kunnen we leren? Ten eerste: Wie is die ander en wat bezielt hem? Ten tweede: Hoe beleef ik mijn eigen overtuiging? Vind ik het moeilijk er met anderen over te praten? Heb ik het gevoel dat ik iets waardevols voor hen heb? En kan ik aanvaarden dat ook zij iets voor mij hebben?

Velen praten zelden of nooit over hun gevoelens. Ze hebben nooit geleerd open in het leven te staan. Echter, wie daarvoor terugdeinst, is niet echt vrij. Sommige mensen verstoppen hun gevoelens achter een mening, maar ze spelen zo slechts een rol…

Een open ontmoeting is voor iedereen van grote waarde, ook al gaat in de maatschappij de aandacht vooral uit naar confronterende gesprekken. Mensen beleven dat als een wedstrijd. Rake opmerkingen worden opgevat als ‘doelpunten’. Vaak proberen de bekvechters elkaar van allerlei dingen te overtuigen of te beschuldigen, zonder dat ze weten wat die ander precies denkt. Daarmee treffen ze zelden doel. Zonder een verhelderend gesprek ontstaat er verwijdering, verbittering en misschien zelfs haat. Niemand is daarbij gebaat.

Als je iemand niet kent, is de kans groot dat je een karikatuur maakt van wat hij denkt. Kennis van zaken is essentieel of je dreigt een luchtfietser te worden, die door onkunde zijn plannen nooit kan realiseren. Je vecht dan tegen jouw eigen misvattingen…

Wanneer we open met anderen praten, kunnen we op een rustige manier van alles bereiken. Zonder overleg stevenen partijen af op geweld, dwang en intimidatie. Dat roept dan weer tegengeweld op. Dat brengt ons persoonlijk noch de maatschappij verder.

 

Onverwachte vruchten

Een dialoog betekent voor de deelnemers vaak een interessante les. Wie op evenwichtige wijze een dialoog aangaat, zal meestal leren zijn standpunten op een heldere manier over te dragen, duidelijk en aangenaam. Hij verliest zijn mening niet, maar verdiept en nuanceert deze wel. Dat is in ieders voordeel. Hij vergroot zo zijn eigen communicatieve vaardigheden.

Een tweede vrucht van de dialoog is dat degenen die de principes ervan goed onder de knie krijgen, leren om minder stellig te spreken en daardoor toch des te overtuigender over te komen. Dat komt omdat hij leert de ander in een gesprek mee te nemen. Wie met het verkondigen van stellige overtuigingen begint, roept irritatie op en verzet. Maar wie vragenderwijs een gesprek aangaat, ondervindt veel sympathie en krijgt vaak veel instemming.

 

Hoe een twistgesprek vermijden?

Vaak zijn we het op tal van punten niet met elkaar eens. Dat veroorzaakt dat we de ander slechts zien als een ‘vijand’ die overwonnen moet worden. We zien alleen nog maar fouten in de ander. Als we geen verwijdering willen, is het zaak onze kijk op ‘de ander’ bij te stellen.

Wie heeft er gelijk? Dat is vaak de alles overheersende vraag. Het is goed het antwoord even te laten wachten. Een open gesprek biedt de gelegenheid om eerst een aantal zaken te verhelderen. We moeten weten wie de ander is en wie we zelf zijn en bovendien: hoe we vreedzaam kunnen samenleven.

Er is een simpele reden waarom we vaak niet kiezen voor een rustig gesprek. Anderen luisteren mee. Onze eigen achterban wil ‘punten scoren’. Daarom zoeken we de verschillen, vergroten die uit en proberen de ander klem te zetten. We komen dan vast te zitten in een onvruchtbaar patroon. Dat moeten we doorbreken. Een open gesprek kan veel misverstanden opruimen en helpt ons ook om (later) gemakkelijker tot zaken te komen.

 

Wat valt er te leren?

Mensen met een andere mening hebben vaak belangrijke lessen voor ons. We kunnen ons laten inspireren door hun doorzettingsvermogen of eerlijkheid. Een goed gesprek helpt de deelnemers zichzelf te ontwikkelen. Bij verschil van inzicht levert openheid niets kwaads op, omdat de deelnemers op zorgvuldige wijze met elkaar omgaan.

Andersgezinden dienen als een spiegel die onze zwakke kanten toont. Ook dat is winst. Zonder die kennis komen wij persoonlijk weinig verder. Iemand die nooit kritiek krijgt, zal gemakkelijk een vervelend en zelfvoldaan persoon worden. Bescheidenheid is voor iedereen goed. Dat is ook een gevolg van open, maar daardoor juist confronterende, gesprekken. We hebben die ander dringend nodig!

 

Eigen initiatief

Als je mensen wilt warm krijgen voor een dialoog kun je bijvoorbeeld dit boekje aan hen geven. Wie de noodzaak ervan ziet, zal er snel voor te porren zijn. Veel mensen hebben genoeg van onvruchtbare confrontaties en verwijdering van elkaar.

Als je een dialoog wilt opzetten, moet je eerst zelf goed begrijpen wat dat inhoudt. Ook moet je erop voorbereid zijn dat je niet alleen maar positieve reacties ontvangt jouw pogingen om gesprekken op te zetten. Je zult veel tegenwind krijgen.

 

Bedreigingen van een open gesprek

Er is een begrijpelijke reden waarom een open gesprek soms moeilijk tot stand komt. De deelnemers aan zo’n gesprek twijfelen er vaak aan of hun mening wel overeind blijft. Er komen onverwachte emoties los. Er zijn pijnlijke momenten, waarin we het gevoel hebben dat ons houvast begint te wankelen. Een gesprek is niet alleen verhelderend, maar het brengt ons soms ook in verwarring.

 

Je beleeft het als een afgang wanneer je slecht uit je woorden komt. Je hebt soms het gevoel dat zelfs de dialoog een soort bokswedstrijd is die je moet ‘winnen’. Eerlijkheid is niet gemakkelijk… Wat zou er gebeuren als je jouw zwakten of fouten zou toegeven? Voor ons gevoel lijkt dat een ramp, maar in een dialoog is dat een overwinning. Uiteindelijk is het een hele opluchting om eerlijk te zijn.

Het voordeel van een open gesprek is dat we alles rustig kunnen bespreken en ons niet mooier hoeven voor te doen dan we zijn. We hoeven geen punten te scoren.

 

Moet je jouw mening verloochenen?

Jouw mening is voor jou heilig, zeker een religieuze overtuiging. Dat is jouw onaantastbare uitgangspunt en jouw houvast. Je bent bang dat alles op losse schroeven komt te staan met een open gesprek.

Het is goed als iemand houvast vindt in een geloofsovertuiging. Toch hoeft dat niemand te verhinderen om kennis te nemen van wat een ander denkt en doet. Dat kan ons allen helpen bij het vergaren van inzicht. Dat doet geen afbreuk aan onze eigen mening. Die kan zelfs versterkt worden door een open gesprek, al is gelijk hebben niet het enige wat telt. Begrip, inzicht en respect zijn belangrijk voor iedereen.

Vaak voelen mensen zich niet op hun gemak bij andersdenkenden. Wanneer je hen echter beter leert kennen, verdwijnt dat gevoel van ongemak. Dan kun je onbevangen met hen omgaan, omdat je hen beter begrijpt. (Dat is nog iets anders dan dat je het met hen eens bent.) Op deze manier doorbreken we het negatieve denken over anderen en verbetert de verstandhouding.

Geen enkele deelnemer aan een dialoog hoeft zijn eigen achtergrond te verwerpen. Wel zoekt ieder naar begrip van en voor de ander. Dat is een hele stap, omdat we de neiging hebben om ons voor hen af te sluiten. Velen zijn bang voor kritiek. Die angst moeten we van ons afwerpen. Een gesprek is geen examen.

 

Komen de verschillen dan niet ter sprake?

Vaak zul je merken dat de ander, die je eerst niet goed kende, op veel punten hetzelfde nastreeft als jij. Opeens blijkt het mogelijk om op allerlei punten samen te werken. Later kun je altijd nog de verschillen van inzicht bespreken. Als je geleerd hebt om op een prettige met elkaar te praten, kom je een stuk verder.

Sommigen hebben het gevoel dat ze hun eigen mening verloochenen als ze met andersdenkenden in gesprek gaan. Dat is onjuist. We hoeven niet altijd en overal onze mening te verkondigen. De ander kent die toch al. Soms is het juist nodig om te zwijgen en goed te luisteren. Niemand doorgrondt de absolute waarheid…

Voortdurend zullen deelnemers aan een dialoog de neiging voelen om een ander tegen te spreken. In feite komen er steeds verschillen van inzicht aan de orde. Toch houd je je aan de regels van de dialoog. Niet aanvallen en altijd respecteren. Er komt heus wel een ander moment om confronterend te zijn.

 

 

 

Hoofdstuk 2                      Stormen stillen

 

Welke problemen spelen er?

Overal kom je verschillen tegen. Ze ontstaan min of meer vanzelf. De een is toleranter dan de ander, meer bereid om zijn mening te veranderen of die juist te verharden. Dat levert spanningen op. Zo ontstaan er binnen groeperingen allerlei fracties. Die hebben de neiging zich voor een andere mening af te sluiten of om die van allerlei kwaad te betichten. Dat leidt tot spanningen en conflicten.

Mensen kunnen soms maar moeilijk met elkaar omgaan. Ze vrezen de invloed van andere meningen. Elke groep vertegenwoordigt een bepaalde macht en neigt ertoe sleutelposities voor zichzelf op te eisen. Macht betekent geld en invloed. Gebrek aan macht betekent (vooral in niet-democratische landen) verlies van geld, rechten en toekomstmogelijkheden. Dus vecht ieder voor zijn eigen belang. Het leven wordt er zo niet aangenamer op.

Open gesprekken zijn van wezenlijk belang, al valt er weinig ‘eer’ mee te behalen. Ze zijn niet populair. Mensen houden van sensatie. Ze zijn uit op een harde confrontatie. Toch kun je op een rustige manier veel meer bereiken dan met harde woorden.

 

Het resultaat van verharding in de standpunten

Verschillen hoeven niet tot spanningen te leiden. Open communicatie kan veel ellende voorkomen. Naarmate groepen zich meer van elkaar verwijderen, wordt dat moeilijker, maar het blijft mogelijk. Alleen, wie brengt hen met elkaar in gesprek?

Misschien heb je wel gelijk. (Alleen, wie is in staat om dat te bepalen?) En dan? Als het resultaat van jouw vermeende gelijk is dat je nauwelijks meer met anderen kunt praten, wat ben je dan opgeschoten? Je hebt de neiging hen te beschuldigen en te veroordelen. De verhoudingen verslechteren en je wilt niets meer van elkaar aannemen.

Spanningen veroorzaken een grote onrust, zowel in het persoonlijke als het maatschappelijke leven. De hele maatschappij lijdt daaronder. Verwijdering brengt ook een zekere verblinding met zich mee. We gaan blindelings de groepscode volgen. Kritisch nadenken is er nauwelijks meer bij. Niemand durft meer iets anders te zeggen dan wat de groep vereist. We zitten dan in een dwangbuis. Zelfs degene die alles nog eens rustig wil overwegen, wordt al beschouwd als een verrader van de ‘goede zaak’. De irritatie groeit en elke nuance verdwijnt.

 

Als we allen hetzelfde denken…

Hoeveel gelukkiger ben je als iedereen het met je eens is? Dat is een utopie. Complete overeenstemming bestaat niet. Brengt (een grote mate van) eenstemmigheid geluk voort? Kijk eens naar groepen, stammen, plaatsen en maatschappijen met een monocultuur. Iedereen gelooft en denkt (min of meer) hetzelfde. Leveren zij de grote voorbeelden van levensgeluk? Is daar geen ruzie, eenzaamheid of misdaad?

Is geluk alleen mogelijk onder gelijk denkenden? Overeenstemming raakt het hart niet. Wat we nodig hebben zijn respectvolle mensen, goede vrienden en een liefhebbende familie. Dat maakt een mens gelukkig, meer dan eenstemmigheid.

Soms vind je in gelijkgezinde groepen een harde, veroordelende mentaliteit. Mensen letten er kritisch op of iedereen alle wetten en regels wel navolgt. Dat is helemaal niet leuk, ook al ben je het met elkaar eens. Soms vind je goede vrienden onder mensen die anders gezind zijn. Karakter is belangrijker dan opinie als het om ons geluk gaat.

 

Overeenstemming is niet nodig

Eenheid is vaak maar tijdelijk van aard. Op allerlei punten zijn onze opinies in beweging. Vandaag ben je het roerend met elkaar eens, morgen heb je een meningsverschil. Wanneer het onderlinge respect afhankelijk is van eensgezindheid, leven we op een vulkaan.

Dikwijls zijn maatschappijen met allerlei verschillende meningen juist creatief en ondernemend. Maatschappijen die hun wil aan iedereen opleggen, slaan vaak het persoonlijke initiatief dood. Mensen worden bang om van de gebaande weg af te wijken. Creativiteit, eigenheid en spontaniteit worden uitgebannen. Verscheidenheid is niet verkeerd, zolang er vrede is. In de moderne wereld leven allerlei groeperingen door elkaar heen. Moet iedereen worden en denken zoals ‘wij’? Denk je echt dat het gaat lukken?

Het is mogelijk om heel verschillende groepen, stammen en religies vreedzaam met elkaar te laten leven. Als er respect is, hoeft een andere opinie geen grote gevolgen te hebben. Veel economisch en wetenschappelijk hoog ontwikkelde landen hebben een zeer heterogene bevolking en zijn toch heel bekwaam in het bevorderen van een gelukkige leefomgeving.

 

Gesprek als medicijn

De clou voor een vreedzame maatschappij is het vermogen om in gesprek te blijven. Als dat ontbreekt, ontstaan verwijdering en wantrouwen. We moeten voorkomen de ‘ander’ als een vijand te beschouwen. Het is moeilijker om vrienden te maken dan vijanden, maar wie erin slaagt van een vijand een vriend te maken, heeft een dubbele overwinning geboekt.

Bij wrijving tussen groepen ontbreekt het vaak aan een kritische zelfreflectie. Mensen schreeuwen tegen elkaar, maar ontmoeten elkaar niet. Niemand is bereid zijn mening bij te stellen. Dan moeten de eerste stappen zijn: acceptatie en gesprek.

 

Het onderlinge gesprek verplichten?

In verschillende landen is ervaring opgedaan met een door de overheid verplicht overleg tussen leiders van elkaar bekampende groepen. Dat komt de vrede ten goede. Wanneer het initiatief daartoe vanuit die groepen zelf komt, is het nog veel effectiever. Dan is er de uitgesproken wens tot de ontmoeting met elkaar.

 

Zoeken naar vrede

Spanningen en onrust kunnen ertoe leiden dat mensen elkaar demoniseren. Ze zien alles aan de ander als slecht. Het is dan zelfs moeilijk een objectieve tussenpersoon te vinden, want die wordt ook als vijand gezien. Wie niet voor ‘ons’ is, is ‘dus’ tegen. Niemand kan zich dan meer neutraal opstellen.

Je hebt een sterke overtuiging en veel durf nodig om in geval van spanningen het gesprek aan te gaan. Wie een dialoog voorstaat, is een vredestichter. Niet iedereen in jouw omgeving juicht dat toe. Sommigen zullen je als een verrader beschouwen en jouw bedoelingen verdacht maken. Alleen met een sterke overtuiging en veel doorzettingsvermogen kun je je eraan wagen.

 

Wantrouwen en vijandschap

Wist je dat het een stuk gemakkelijker is om boos te zijn, dan om goed met iemand om te gaan? Zelfs de fysiologie van ons gezicht laat dat zien. Je hebt meer spieren nodig om te lachen dan om boos te kijken. Dat heeft te maken met het fenomeen dat je gevaar sneller moet opmerken dan het goede. Dat laatste doet geen kwaad, maar als je de gifslang niet meteen opmerkt ben je de pineut.

Mensen uiten sneller kritiek dan instemming. Daardoor ontstaat er vaak een bittere ondertoon bij onenigheid. Dat bezorgt een gesprek een negatieve lading. We moeten leren om instemming, belangstelling en waardering te tonen. Wie die kunst verstaat, neemt mensen voor zich in. Een warme belangstelling blijft mensen bij, ook als er later meningsverschillen rijzen.

Wie wantrouwen weet te doorbreken, heeft al een grote overwinning geboekt, zelfs nog voordat het tot een diepgaand gesprek komt. We doen er goed aan alles op alles te zetten om als eerste het hart van de ander te winnen.

 

Wie ben ik?

Het is niet gemakkelijk jezelf aan een dialoog te wijden. Het is een confrontatie met jezelf. Wie ben ik? Dat is een moeilijke vraag. We hebben de neiging onze positieve eigenschappen op te sommen, al is dat maar de halve waarheid. Over sommige dingen willen we het liever niet hebben. We trekken een façade op. Dat maakt een open gesprek moeilijk. Durven we onszelf te zijn? Natuurlijk, ontspannen, zonder opsmuk?

Zonder onze façade voelen we ons bloot en kwetsbaar. Ben ik mijn façade of degene die zich daarachter verschuilt? We hebben het gevoel dat we door de mand vallen als we zwakte tonen. Onze façade is onze psychologische kazerne. We kunnen er niet buiten, maar dat zit ons ook dwars. We dwingen onszelf om de schijn hoog te houden…

Durf ik te zeggen dat ik een fout maakte? Durf ik te zeggen dat de ander gelijk heeft of dat ik ergens moeite mee heb? Zo niet, dan is er nog geen echte openheid - en dat is juist voor het slagen van een dialoog van groot belang. Wie de neiging heeft om zich te verschuilen, loopt vast. Ben je op de vlucht voor de waarheid? Voor jezelf? Voor emoties? Voor jouw eigen onzekerheid?

 

Wie open en eerlijk durft te zijn, zal merken dat de ander met dezelfde vragen, emoties en zorgen zit. Als een gesprek daar ruimte voor biedt, is het pas echt een open gesprek.

 

Wanneer kun je een gesprek aangaan?

Wie met zichzelf in de knoop zit of onderhevig is aan diepe emoties, is meestal niet toe aan een dialoog. De gespreksdeelnemers moeten eerst zelf vrede vinden, anders zijn ze labiel en geobsedeerd door hun eigen besognes. Dat stuurt het gesprek snel in een ongewenste richting.

Er zijn enkele sociale vaardigheden nodig voor een goede dialoog. Deelnemers aan zo’n open gesprek moeten in staat zijn afstand te nemen van hun eigen mening, moeten het aankunnen dat een ander een andere kijk op de zaak heeft, moeten het belang van de ander net zo hoog achten als dat van henzelf.

Een dialoog wordt gewoonlijk niet opgezet tussen mensen die vooraan staan in de publieke strijd tussen groepen. Zij hebben zich al te veel vastgelegd op hun standpunten.

Na het afsluiten van een dialoog is het werk nog niet gedaan. Nu wacht de taak om de lessen ervan in eigen kring door te geven. Ook dat vereist veel geduld en tact. Niet iedereen zal er blij mee zijn, zeker niet de ‘hardliner’ uit de eigen groep.

              

Zelfcontrole

Het is een hele klus om jezelf in toom te houden. In het vuur van een gesprek zeg je gauw te veel. Luister goed, spreek weinig! Je bent niet bezig anderen te overtuigen. Je hoeft niemand iets te leren. Lelijke woorden en verwijten zijn taboe. Je sluit niemand uit en je veroordeelt niemand.

Gelaatsuitdrukkingen die boosheid tonen, knikjes of schudden met het hoofd, gefronste wenkbrauwen, getrommel met de handen… dat alles moet achterwege blijven, evenals blikken van verstandhouding naar medestanders.

Zodra je boosheid of verontwaardiging voelt opkomen, is dat een alarmbel. Wanneer je niet goed in staat bent de ander te laten uitspreken idem dito. Wanneer je merkt dat jouw waardering voor de ander daalt,… opletten! Wanneer je een gevoel van triomf voelt opkomen omdat je de ander in de hoek drijft, is er iets helemaal mis.

 

Het gaat je lukken

Er zijn spanningen maar er zijn ook oplossingen. Zie de dialoog als een medicijn. Verwacht geen wonderen van één of enkele gesprekken. Je brengt iets op gang wat tijd vergt. Je zit op de goede weg, de weg van vrede en respect.

 

 

 

Hoofdstuk 3                      De weg naar succes

 

Welke doelen streef je na?

Je wilt de ander begrijpen, ook al ben je het niet met hem eens. Begrip maakt het gemakkelijker om elkaar te waarderen. We moeten niet uitstralen dat we de ander pas respecteren als hij met ons eens is. Zelfs als een gesprek onze mening in het geheel niet verandert, heeft het toch een grote waarde. We vinden minstens een antwoord op de vraag hoe we op een goede wijze met elkaar om kunnen gaan. Dat is een zware taak. Gaat dat ons lukken? Onderlinge vrede is voor iedereen van groot belang en zeker beter dan spanning, dwang en vervreemding.

De eerste vraag, nog voordat het gesprek begint, is: Kunnen we elkaar respecteren? Daarop volgen andere vragen: Kunnen we de spelregels in acht te nemen? Gaan we ermee akkoord dat we geen stellingen verkondigen en alleen maar verhelderende vragen stellen? Dat levert een open gesprek op.

Door open vragen brengen we de ander ertoe diep na te denken over zijn beweringen. Hij stelt op zijn beurt ook vragen. Dat helpt beide partijen hun eigen overtuiging te onderzoeken. Wat voor de een logisch lijkt, is dat soms niet voor de ander, waardoor je elkaar slecht kunt begrijpen. Zo kan een dialoog voor iedereen heel verhelderend werken.

 

De psychologie van de deelnemers

Er speelt in elke discussie niet alleen een intellectueel aspect mee, maar ook een emotioneel aspect. Bij verschil van inzicht voelen mensen zich bedreigd. In een open gesprek ga je de verschillen niet uit de weg, maar je gaat er wel op een bijzondere wijze mee om.

Jij hoeft mij niet te overtuigen en ik jou niet om toch vriendschappelijk met elkaar om te gaan. Er zijn mensen die precies zo denken als ik, maar met wie ik weinig contact heb. Er zijn anderen met afwijkende opinies maar met wie ik graag omga. Misschien kan ik hen ooit overtuigen, maar de waarde van een mens is niet afhankelijk van de mate van overeenstemming.

We onderdrukken de sterke neiging om ons gelijk te halen. Er is in ons gesprek geen plaats voor persoonlijke aanvallen (“Je lijkt wel gek…”) of veroordeling (“Wat stom!”). Zeg bijvoorbeeld: “Ik zie dat zo...,” of: “Mijn ervaring is…” of: “Hoe zie jij dat…?” Daarmee voorkom je verkeerde uitspraken. Wel breng je zo van alles aan het licht, zonder dat je in een debat terecht komt.

Een harde opstelling komt vaak voort uit zelfbescherming. We willen hevige emoties vermijden en gevoelens van onzekerheid. We zijn dan te veel met onszelf bezig en te weinig met de ander. Dat verhindert een open gesprek.

 

Welke houding is nodig?

Een dialoog vraagt om luisteren. Eerst luisteren, dan praten. Een dialoog vraagt ook om een zo neutraal mogelijke houding. Je wilt de ander begrijpen. Je aanvaardt het voorlopig dat je over allerlei dingen anders denkt. Geen begrip voor elkaar? Dan koers je op misverstanden, ruzie en spanningen af. Dat is voor niemand goed en dat willen we juist vermijden.

 

Je hebt inlevingsvermogen nodig. Wie zich niet bekommert om de ander is niet in staat tot het voeren van een dialoog. We hebben allen slechts een beperkt inzicht. Daardoor lopen we misschien met ‘oogkleppen’ op. Voeg daarbij dat de meeste mensen behept zijn met een zekere mate van egoïsme. Daardoor kunnen we de werkelijkheid slechts op één manier bekijken en hebben we bovendien moeite met andere meningen. Een dialoog verruimt onze blik.

Liefde en respect zijn nodig voor een menswaardige leefwereld. Liefde betekent dat je niemand dwingt of beschadigt, dat je de blijdschap en het verdriet, de zorgen en vrees van anderen begrijpt. We moeten leren blij te zijn met het geluk van de ander. Dan komen we een stuk verder.

 

Vragen stellen

Met een dialoog stellen de deelnemers vragen aan elkaar om te komen tot een beter begrip. Een dialoog diept uit, maar openbaart niet wie gelijk heeft omdat je geen inhoudelijke discussie voert. Toch blijven de verschillen niet verborgen. Door louter vragen te stellen, zoals: “Hoe zie je dit? Hoe verklaar je dat? Maakt dat je blij? Wat betekent dat dan voor anderen?” krijg je licht op allerlei belangrijke punten. Het maakt een wereld van verschil of je zegt – wat vaak gebeurt – dat de ander een stomme fout maakt of dat je hem vraagt zijn standpunt nader uit te leggen.

Vragenderwijs kunnen allerlei opvattingen aan de orde komen. De winst van een dialoog is dat de gesprekspartners stapje voor stapje nader tot elkaar komen. Maar ook als dat niet gebeurt, is er zeker winst te boeken, omdat je leert samen vreedzaam door het leven te gaan.

 

Verschil tussen een debat en een dialoog

Een dialoog is heel anders dan een debat. In een debat willen we de verschillen tussen twee opvattingen laten zien. In een dialoog willen we de ander begrijpen. In een debat gaat het over zaken, in een gesprek over de mens.

Wie alleen maar gelijk wil hebben, maakt een gesprek onmogelijk. Zelfs in een debat is dat een verkeerde houding. Je moet altijd enige ruimte laten voor de tegenpartij. Als je alles afwijst, zit je in een patstelling. Dat maakt de problemen alleen maar groter.

 

Waar blijft mijn eigen mening?

Je hebt een duidelijke mening die je in een dialoog echter niet kunt uitbazuinen. Dan raak je verzeild in een debat. Dat lot is veel dialogen beschoren en slechts met een grote mate van zelfdiscipline valt dat te voorkomen.

Velen hebben het gevoel dat ze hun eigen mening tekort doen als ze niet duidelijk aangeven op welke punten ze het met de ander niet eens zijn. Daar moeten ze overheen. Het is duidelijk dat onze overtuigingen op sommige punten flink van elkaar verschillen. Tijdens de dialoog is de grote vraag niet wie er gelijk heeft. Er gelden andere waarden: Wat denkt en ervaart de ander, waarom en hoe kunnen we in vrede met elkaar leven?

Kun je met een dialoog meedoen en toch ook een duidelijke mening hebben? Ja, dat kan. Het is zelfs niet nodig om jouw mening, vanwege die dialoog, bij te stellen. Deze kan in een open gesprek zelfs sterker worden. Het enige wat nodig is, is dat je jouw eigen opvattingen tijdelijk niet propageert of verdedigt.

Als je ergens helemaal tegen bent, is het moeilijk om dat niet te uiten. Jouw blik, houding en gebaren zijn duidelijk, zelfs zonder iets te zeggen. Dat ziet die ander duidelijk. Alles wat je dan nog zegt, kan verkeerd vallen. Het vereist een enorme discipline om niet te tonen wat er in je leeft. Een dialoog vraagt om een doelbewuste mentale voorbereiding. Wie gespannen een dialoog ingaat (1), wie diep in zijn hart hoopt door de dialoog de andere partij te ‘overwinnen’ (2) of wie duidelijk een afkeer heeft van die ander(en) (3), bederft de dialoog compleet.

Wat moet je doen als je tijdens de dialoog een sterke kritiek voelt opkomen? Een opmerking als: “Je hebt het helemaal mis” is niet op zijn plaats. Toch kun je jouw sterke gevoelens niet negeren. Je kunt dan zeggen dat je er moeite mee hebt om de ander aan te horen of dat je erg gespannen raakt van wat hij zegt. Dan beschuldig je de ander niet, wat het gesprek negatief zou beïnvloeden. Je legt het probleem neer bij jezelf. Toch geef je uiting aan de onvrede die in je leeft.

 

De taak van een onafhankelijke gespreksleider

Zeker bij grote verschillen van mening is het nuttig een neutrale gespreksleider te vinden, die buiten de partijen staat of die geen uitgesproken mening heeft over het betreffende onderwerp. Hij moet acceptabel zijn voor de gespreksdeelnemers. Dat kan ontsporingen voorkomen.  

Een gespreksleider opent en besluit het gesprek. Hij geeft er leiding aan door onderwerpen naar voren te brengen, de deelnemers op het juiste spoor te houden, de spelregels te handhaven en een goede sfeer te bewaren. Hij mengt zich niet inhoudelijk in het gesprek en blijft te allen tijde neutraal. Aan het slot van het gesprek (spreek van tevoren af hoeveel tijd je eraan wilt besteden) helpt hij de deelnemers bij het maken van een door beide partijen aanvaarde slotconclusie. Wanneer de verhoudingen erg gespannen zijn, is het aan te bevelen de conclusies door de deelnemers te laten ondertekenen. In dat geval is er altijd een bewijs voorhanden van wat er feitelijk werd geconcludeerd.

Een slotconclusie heeft minstens twee onderdelen. Ten eerste komt naar voren wat de beide groepen van elkaar geleerd hebben. Ten tweede hoe de beide partijen met elkaar willen omgaan.

 

De waarheid

De waarheid… Wie zal bepalen wat waar is en wat niet? De deelnemers aan een debat zijn overtuigd van hun eigen goede bedoelingen en inzichten. Dat geldt echter voor beide partijen. In feite zijn we allen steeds op zoek naar de waarheid, zonder ooit te kunnen stellen dat we die ten volle hebben gevonden. Dat zou ons bescheiden moeten maken.

De waarheid is soms hard; toch is iedereen er uiteindelijk bij gebaat. Overal worden we belaagd door leugen en bedrog, misvattingen, propaganda en dergelijke. Geluk, voorspoed en welzijn hebben juist de waarheid nodig en worden bedreigd door de leugen. Zelfs als de waarheid (in zoverre wij die verstaan) bij tijd en wijle hard aankomt, ze is heilzaam; de leugen verziekt.

 

Waarheid en dialoog

Loop je geen gevaar bij dialogen dat je een loopje neemt met ‘de waarheid’? Nu heb je een helder standpunt, maar staat straks niet alles op losse schroeven? Die zorg leeft bij velen die aan een dialoog beginnen. Ga ik niet alles relativeren? Dat is niet nodig, wanneer beide partijen zich houden aan de uitgangspunten van een dialoog. In dat geval zullen beide erover waken dat er niets wordt opgedrongen.

Degene die vertelt wat hij nastreeft, wat hij beleeft en hoe hij met anderen (met een andere mening) denkt te moeten omgaan, verloochent daarmee zijn eigen standpunten niet. Hij heeft, naast zijn eigen belang vooral ook het maatschappelijke welzijn op het oog.

Gelijk krijgen is niet het enige wat telt. Je wilt ook geïnformeerd worden, misverstanden wegnemen of aantonen dat de opvattingen van anderen voor ons geen bedreiging vormen. Dat neemt veel spanning weg. Dat maakt ons een voorbeeld voor anderen.

 

Relativering van de waarheid?

Veel deelnemers aan een dialoog beginnen afstand te nemen van hun oorspronkelijke overtuiging. Dat vervreemdt hen van hun eigen groep. Wanneer twee groepen die erg van elkaar verschillen nader tot elkaar komen, kan dat inderdaad gebeuren. Is dat onvermijdelijk of is dat verkeerd? Vaak is het heilzaam als de oorspronkelijke meningen vernieuwd worden. Wat zeker nodig is, in gespannen situaties, is dat de houding tegenover elkaar verzacht wordt.

Het is heel goed mogelijk dat vertegenwoordigers van tegenpartijen door onderling begrip nader tot elkaar komen, maar dat hoeft niet. Zelfs het tegendeel is mogelijk, al naar gelang het onderwerp.

Is het verkeerd wanneer een mening wordt bijgesteld? Wanneer daardoor zwakten of eenzijdigheden worden rechtgezet, dan valt dit alleen maar toe te juichen. Geen enkele mening mag versleten worden voor de complete, eeuwige en onveranderlijke waarheid. Zelfs theologische meningen, gebaseerd op heilige boeken, moeten soms verhelderd, verzwakt of aangevuld worden.  

We zijn zo weinig gewend om afstand te nemen van onze eigen inzichten, dat er soms een overreactie plaatsvindt als we het wel doen. Dan kan het zijn dat onze mening niet meer zo krachtig lijkt of dat we onszelf verwijderen van onze oorspronkelijke standpunten. Daar bestaat dan vaak een goede reden voor. Maar tevens zullen we een sterkere, consequentere visie ontwikkelen.

 

Religieuze aspecten

Wanneer onze standpunten door het geloof worden ingegeven, ligt alles nog extra moeilijk. Een geloofsovertuiging is voor haar aanhangers heilig en onveranderlijk. Het geloof is onze oriëntatie op tijd en eeuwigheid. Dat geldt trouwens ook voor mensen met een andere overtuiging. Het is zeker de moeite waard om samen te zoeken naar een vreedzame en verdraagzame manier van samenleven.

Voor religieuze groeperingen (en politieke partijen) is het belangrijk dat mensen zich bij hen aansluiten. De vraag of die ander werkelijk gelukkig is met die ingrijpende stap komt op de tweede plaats. De groep viert feest. Maar…, soms zijn ‘bekeerlingen’ erg instabiel en ze kunnen zomaar hun mening weer veranderen. Soms is de bekeerling iemand die zich in het andere kamp onmogelijk heeft gemaakt (slecht gedrag, criminaliteit) en nu zijn geluk elders zoekt. Dan is hij eerder een reden tot zorg dan tot vreugde. Soms veroorzaakt een overgang grote sociale en psychologische problemen. Wie alleen maar juicht, ziet dat allemaal over het hoofd.

Het winnen van aanhang moet niet ten koste gaan van onze wens om iets goeds voor onze medemens te betekenen. We moeten het levensgeluk van de ander altijd nastreven.

 

 

 

Hoofdstuk 4                      Het debat

 

Ik zou wel eens willen weten…

Er zit een beperking aan een dialoog. Je schetst op die manier de contouren van ieders opinie, maar je komt niet tot een definitief plan om problemen op te lossen. Je weet wat de ander wenst, beleeft en hoe je samen verder kunt. Dat is waardevol. Maar dan komt toch de vraag naar boven hoe je jouw idealen kunt realiseren en welke visie op de werkelijkheid correct is.

De betrokkenen bij een dialoog willen zelf ook weten wie er gelijk heeft. Dan doet zich de behoefte aan een verhelderend debat voor. Dat is iets anders dan een dialoog, hoewel zo’n debat aan kwaliteit wint wanneer daarin enkele elementen van de dialoog worden opgenomen. Een debat is publiek van aard.

Iedereen die betrokken is bij een debat heeft zijn eigen opvattingen. Dat maakt het spannend. Bij een debat heb je zonder meer een gespreksleider nodig. Deze legt de nadruk vooral op de punten waarop overeenstemming mogelijk is.

 

Het vriendschappelijke debat

Een debat is bestemd om meningen te verhelderen en daarin een positie in te nemen. Je toont de zwakke kanten in de redenering van de anderen aan. Je zoekt ook naar een manier om samen verder te komen en waar nodig om besluiten te nemen en eventueel compromissen te sluiten. Alleen, hoe voer je een goed debat?

Je kunt proberen de ander te overstemmen. Dat roept negatieve reacties op en je bent hem ‘kwijt’. Je kunt proberen om allerlei argumenten te vinden waar de ander geen weerwoord op heeft. Op die manier kun je een debat ‘winnen’. De ander voelt zich in een hoek gedreven. In veel gevallen zal hij er alleen maar op uit zijn om revanche te nemen. De kans dat hij zich laat overtuigen is gering.

Als twee meningen diametraal tegenover elkaar staan, wil je vooral laten zien dat de ander ongelijk heeft. Let er dan op dat je op de bal speelt, niet op de man. Dat geldt voor een voetbalwedstrijd, maar ook voor een debat. Val niet de persoon aan, maar diens mening. Blijf zakelijk. Gebruik geen verdachtmakingen of lelijke opmerkingen. Haal een ander niet naar beneden. Dat is een hele opgave, want jij ziet gevaren in de mening van de ander. Die ander laat zich niet overtuigen. Daarmee wordt hij, in jouw ogen, medeverantwoordelijk voor het kwaad dat je wilt bestrijden. (De persoon met wie je praat beleeft dat omgekeerd trouwens ook zo. Ook hij meent een bepaald kwaad te bestrijden…)

Je kunt een discussie winnen en tegelijk de ander, het respect en de vrede verliezen. Wie denkt gelijk te hebben maar ander niet meekrijgt, moet dat voorlopig maar accepteren. Wie als enige doel heeft de andere partij te verslaan, maakt brokken. Als je om de waarheid te verkondigen anderen kwaad berokkent (bijvoorbeeld door een harde opstelling), dreig je de waarheid te verloochenen. Een goed debat biedt ruimte aan alle partijen.

 

De sfeer goed houden

Juist omdat we onszelf er bijna toe dwingen gelijk te hebben ten koste van de ander, brengen we spanningen en onaangename gevoelens binnen in een debat. Wie aan ‘de ander’ toegeeft, is bang dat de mensen over hem heen zullen lopen, om hem zullen lachen of hem opzij zullen schuiven. Dat is echter niet zo. Die persoon kan zowaar op de sympathie van velen rekenen.

Wat te doen wanneer onze diepste overtuiging wordt aangevallen? Rustig antwoorden, op zakelijke manier. We zijn toch niet bang onze eigen mening te verliezen? Als we geen antwoord hebben, durven we dan te zeggen dat we er nog niet uit zijn? Is het erg als je eerst nog over iets wilt nadenken? Zijn de toehoorders daarvan erg onder de indruk? Meestal niet. Zij zullen dikwijls de kant kiezen van wie zich zeker, maar aangenaam, gedraagt.

Belangrijker dan het winnen van een twistgesprek is het beheersen van de sfeer. Wanneer iemand ons aanvalt, kunnen we dat opvangen door vragen te stellen. Dat is beter dan vierkant tegen de ander ingaan. Dat laatste gebeurt vaak, maar we moeten geen harde confrontatie zoeken.

Als er een confrontatie dreigt, moeten we proberen de discussie weer op een vreedzaam spoor te krijgen, onder andere door de tegenstellingen niet aan te scherpen. Harde woorden leveren zelden iets op. Mensen zeggen vaak dingen die ze later betreuren – maar dat durven ze dan niet te erkennen.

We kunnen de ander vragen hoe hij zijn inzichten zelf ervaart en waarom hij vindt dat mensen daarmee gelukkig kunnen worden. Daarmee switchen we van een inhoudelijke tegenstelling naar de doelen die we nastreven. Dat brengt rust.

 

Hoe overtuig je iemand?

Wist je dat je iemand eerst moet respecteren voordat hij bereid is jou te geloven? Wie vijanden schept heeft misschien naar de letter gelijk, maar heeft het debat al verloren. Je moet een vijandige instelling vermijden als de pest. Dat slaat elk argument dood, hoe sterk het ook is.

Als je vijanden schept, helpt geen enkel argument je meer. Bij verschil van inzicht blijft de vraag: Hoe kan ik een ander respecteren ook al verwerp ik zijn mening? Die houding maakt een debat aangenaam en kan jou helpen jouw mening over te dragen.

 

Wie respect toont en belangstelling heeft voor de ander, heeft zonder een woord te zeggen al een boodschap overgebracht. Er zit iets aantrekkelijks in jou, en daarmee waarschijnlijk ook in jouw mening!

 

Wat te doen met wezenlijke verschillen?

Zodra twee meningen tegenover elkaar staan, krijg je eindeloze, vaak dwangmatige en onvriendelijke discussies. Het is bijna onmogelijk om van een confronterende discussie weer naar een wat vriendelijkere ontmoeting terug te keren. De harde confrontatie vreet als het ware alles wat vriendelijk en respectvol is op. Dat leidt tot: Hete hoofden, koude harten.

Elke ‘ander’ in de wereld draagt een geheim met zich mee. Jij begrijpt hem vaak niet. Wanneer je niet in staat bent iets goeds van hem te denken – misschien alleen maar omdat hij een andere taal spreekt of zich anders kleedt – is er iets grondig mis. Zonder dat goed te beseffen zit je gevangen in een dwangpatroon. Je voelt je ertoe gedrongen om de andere groep in alle opzichten te verwerpen. Dan praat je niet mee mét, maar alleen nog óver de ander.

Het heeft geen zin om oplossingen aan te dragen, zonder eerst de beweegredenen van de tegenpartij te kennen. Je moet namelijk niet alleen een oplossing aandragen, maar ook anderen daarin meekrijgen. Daarvoor zijn begrip en inzicht nodig.

 

Voorbespreking

Voordat je je waagt aan een publiek debat, is het goed om samen te praten over hoe je dat aanpakt. Dat kan in alle rust, zonder pers erbij en geen of slechts weinig anderen. Een debat heeft als complicatie dat de debaters niet alleen elkaar, maar ook de toehoorders in korte tijd willen overtuigen. Elke twijfel, zwakte of vergissing wordt dan uitvergroot en kost stemmen of populariteit. Door die pressie kan het gemakkelijk uit de hand lopen. Het is goed als de debaters tevoren afspraken maken om dat te voorkomen.

Een gesprek achter gesloten deuren bepaalt niet alleen de regels van een debat. Het neemt ook vooroordelen weg. Veel debaters bestrijden een karikatuur van de ander dat ze zelf hebben gemaakt. Zo blijven misverstanden voortbestaan. Dat vertroebelt de waarde van een debat. Ieder verschanst zich in zijn eigen stellingen. De tegenpartij wordt te vuur en te zwaard bestreden en compromissen worden afgewezen.

 

Imponeren of accepteren?

De grote vragen bij een debat zijn niet of we de mensen kunnen imponeren of dat we onze tegenstander klem kunnen zetten. Het gaat erom of we meer zicht op het onderwerp van het gesprek krijgen en of we nader tot elkaar komen. Vermindert de kans op escalatie? Komt er meer vrede? Is er de bereidheid om er samen uit te komen? Is onze gesprekspartner ook gelukkig met het verloop van het gesprek? Was de waarheid ermee gediend?

Je kunt een debat winnen, maar de persoon (met wie je spreekt) verliezen. Wat is dan de winst? Haat, boosheid en gevoelens van wraak krijgen de overhand. Wie de onderlinge verhoudingen verziekt, doet veel kwaad. Het vergt ieders inzet om ‘haantjesgedrag’ te boven te komen. Vaak willen jouw medestanders een stevig, maar niet erg opbouwend debat. Een goede leider weet maat te houden en laat zich niet meevoeren door de zucht naar sensatie.

Beide partijen willen graag dat de ander toegeeft. Dat gaat echter niet zo gemakkelijk. Naast inzicht en kennis zijn er nog twee dingen nodig om dat te bewerken: respect en tijd. Je kunt instemming niet afdwingen - en zeker niet snel. Je hebt eindeloos geduld nodig en je zult in staat moeten zijn om de ander voor je in te nemen. Misschien vorder je heel langzaam langs de weg van compromissen.

 

Een debat is geen sportwedstrijd

We moeten verlost worden van de neiging om een debat te beschouwen als een soort sportwedstrijd waarbij we punten moeten scoren. Wat schieten we daarmee op? De debater heeft misschien een sterke opmerking gemaakt, maar ook de ander kwaad gemaakt, de werkelijkheid geweld aangedaan of de kans op een oplossing verspeeld. Hoever ben je dan opgeschoten?

Iemand die een debat niet als een wedstrijd ziet, begrijpt dat er aan beide zijden zorg, verdriet, teleurstelling, spanning en blijdschap is. Zolang we als een voetbalhooligan onze gesprekken aangaan, is er iets mis. Dan zijn we onbekommerd over het wel en wee van de ander, die tegenover ons staat. Zijn zorg, pijn en verdriet doen ons dan niets. Is dat de juiste houding?

 

Het debat zuiver houden

Een debat is een hele klus. Gemakkelijk laten de sprekers zich meeslepen in de spanning van het moment en zeggen dan snel iets verkeerds. Dan lopen de emoties hoog op. Er is dan geen respect meer voor elkaar, alleen maar de behoefte om het eigen gelijk te verkondigen.

Veel confronterende gesprekken vinden plaats in het publiek, in vergaderingen of interviews. Tegenstellingen worden uitvergroot. Vanaf het eerste begin heeft zo’n discussie twee doelen. Ten eerste wil je de tegenstander overtuigen, ten tweede wil je aanhang voor jouw standpunt verwerven. Er is geen tijd voor rustige overwegingen en je mag vooral geen zwakte laten zien. Je zit in de fuik van de welles-nietes discussie.

Een debat is uitstekend om de verschillen boven water te krijgen, maar blijft vaak oppervlakkig. De sprekers vallen terug in de reeds lang bekende stellingen; voor bezinning is nauwelijks plaats. Juist dat is nodig bij het ontwikkelen van nieuwe inzichten.

 

Een vruchtbaar debat

Een debat heeft zin als de verschillen van inzicht duidelijk worden op een manier waarin beide partijen zich herkennen. Dat is niet gemakkelijk. Elke partij heeft de neiging om niet alleen zijn eigen mening te verkondigen, maar ook om een negatief beeld te schetsen van de anderen.

Zolang je de ander wegzet als leugenaar, agressief, bekrompen of oneerlijk, valt er van een ontmoeting weinig te verwachten. Als het debat oplevert dat je de goede bedoelingen van de ander inziet, al zijn er flinke inhoudelijke verschillen, heb je al veel gewonnen. Nu wordt het mogelijk om zonder stekeligheden of verdachtmakingen in gesprek te gaan. Dat is een eerste stap in de goede richting.

Een tweede stap is om het onderwerp te beperken. Er zijn veel verschillen van inzicht. In het begin tuimelt alles door elkaar, wat een goede bespreking in de weg staat. Het is raadzaam om één onderwerp uit te kiezen voor een bespreking. Dat voorkomt oeverloze debatten. Hoe ver de partijen ook van elkaar verschillen, op details kunnen ze nader tot elkaar komen. In de politiek is dat nodig om een land bestuurbaar te houden. In de interreligieuze dialoog is dat van belang om haat en wantrouwen te overwinnen.

Een debat stelt je voor wezenlijke vragen. Ben je in staat jouw mening door te voeren? Het is gemakkelijk iets alleen maar te beweren. Daar kom je niet ver mee. Je weet dan misschien waardevolle dingen, maar om iets te bereiken, moet je weten:

a/ Hoe worden mijn plannen en inzichten ontvangen? Kan ik de mensen overtuigen?

b/ Wat moet ik precies doen om gestalte te geven aan wat ik wens? Hoe krijg ik anderen mee en hoe ga ik om met tegenstanders?

c/ Hoe steekt de wereld – die ik wil veranderen – in elkaar? Als ik dat niet goed heb overdacht, zal ik zeker vastlopen.

 

 

 

Suggesties voor een goed begin

 

Je kunt over van alles en nog wat praten, maar sommige onderwerpen leiden gemakkelijker tot een open gesprek dan andere. Sommige onderwerpen liggen heel gevoelig of leiden snel tot een welles-nietes stellingname. Zoek samen geschikte onderwerpen uit voor een open gesprek en begin niet met het meest conflictueuze onderwerp.

Het beste kun je beginnen met onderwerpen die qua overtuiging van de beide groepen nogal ‘neutraal’ zijn. In dat geval kun je veel van elkaar leren zonder een verhitte discussie te riskeren.

Om pijnlijke situaties te vermijden neigen we ertoe bepaalde punten nooit aan de orde te stellen. Dat gebeurt vaak, zowel in families, vriendengroepen, de maatschappij en zelfs binnen de eigen geloofsgemeenschap. Veel mensen komen zelden tot een diep gesprek en sommige punten komen nooit ter sprake. Toch verlangen we daarnaar. Velen ergeren zich er zelfs aan dat ze nooit wezenlijke zaken bespreken en ook niet weten hoe zou moeten. Daarmee wordt een gesprek een hele ontdekkingsreis.

Spreek af met welk onderwerp je begint en houd je daaraan. Wanneer je het eens bent over het onderwerp en de regels voor een dialoog, kan het avontuur beginnen. Ik wens je veel interessante en verhelderende ontmoetingen toe.

 

Met vriendelijke groet,

 

Abaji Raj